Bandenspecialisten: Veiligheidsaspect van banden is onze troef
De doorsnede van de bandensector levert een wat paradoxaal resultaat op. Van buitenaf oogt het vrij stabiel, toch treft men intern heel wat beweging aan.
De doorsnede van de bandensector levert een wat paradoxaal resultaat op. Van buitenaf oogt het vrij stabiel, toch treft men intern heel wat beweging aan.
De professionalisering en een consolidatie van de spelers zet zich onverminderd verder, er is de realiteit van het internet net zoals men fors uiteenlopende piek- en dalmomenten moet kunnen verzoenen. Het relaas van een (rollend) gesprek.
TRAXIO Magazine: Laten we beginnen met de hardnekkige veronderstelling dat de bandensector al bij al aan weinig beweging onderhevig is. Klopt dit?
Frank Lambrecht: “Vanuit een bepaalde invalshoek bekeken klopt dit inderdaad. Globaal genomen hebben we het over een stabiele markt waar jaarlijks zo'n 5,6 miljoen banden verhandeld worden. Dit aantal is nauw verbonden met het aantal voertuigen op de Belgische wegen – 6 miljoen – en het gemiddeld aantal kilometers dat hiermee gereden wordt - zo'n 15.000 per jaar. Deze cijfers zijn de voorbije jaren weinig veranderd en mijn aanvoelen is dat dit de komende jaren nog wel zal blijven. Maar dat is het slechts gedeeltelijke zicht dat je van buitenaf krijgt. Graaf je dieper, dan merk je dat er intern wel degelijk wat verandert aan die sector. Op het vlak van de producten is er een groeiend succes van vierseizoensbanden. Op relatief korte tijd verdubbelden die hun marktaandeel tot 10 %. Positief is alvast dat dit geen al te groot negatief effect gehad heeft op de winterbanden. Kijken we naar de spelers, dan springt voor een consolidatiebeweging in het oog, maar ik vermoed dat we het daar straks wat uitgebreider over kunnen hebben.”
Jean Istas: “Uiteraard onderschrijf ik de trends die Frank net komt te schetsen, stel je voor dat ik het niet zou doen (lacht), maar ik zou er nog een belangrijke ontwikkeling aan willen toevoegen. Doorheen de jaren onderging de uitoefening van ons beroep grote veranderingen. Vroeger had je technische bagage nodig, moed, wat zakelijk geluk en het pad richting succes lag open. Vandaag moet je op verschillende vlakken een goed beheerder zijn, al was het maar om gedegen om te gaan met de grote druk op de marges. Je moet ook meezijn met de IT. Werk je met leasemaatschappijen dan moeten omslachtige procedures en doelstellingen gerespecteerd worden. Kortom, je moet van vele markten thuis zijn.”
TRAXIO Magazine: Alvorens we het inderdaad over die consolidatie hebben, toch graag nog even iets over 'het product'. De ene band is de andere niet…
Frank Lambrecht: “Het wordt steeds moeilijker toegang te krijgen tot exacte cijfers, maar naar mijn aanvoelen is een ruime helft van de consumenten geïnteresseerd in prime producten, original equipment zeg maar. Budgetbanden tellen voor niet meer dan 10 % mee, en daartussen ligt dan een B-segment van zo'n 35 %.”
Jean Istas: “Hebben we het over Europese merken, dan zijn er geen slechte banden meer, dat is een belangrijke vaststelling. Veiligheid is een belangrijk onderdeel van onze business, wat ook een groot geluk is. Mensen beseffen dat, kiezen bewust voor kwaliteit, waardoor een overrompeling van goedkope banden vermeden kan worden. Wat is trouwens goedkoop? Stel dat je 20 % minder betaalt voor een band, maar je kan er ook 15 % minder kilometers mee afleggen, waar ligt dan de besparing? Natuurlijk kunnen zich soms situaties voordoen waarin een budgetkeuze de juiste is. Iemand die zijn wagen wil verkopen, maar met zijn huidige banden niet door de autokeuring geraakt, zal wellicht voor de goedkoopste set gaan.”
TRAXIO Magazine: Hoe belangrijk is het wegwijs maken van klanten in het toch wel ruime aanbod?
Maarten Voet: “Feit is dat de meeste klanten slechts een tweetal merken kennen. Al de overige zijn gewoon zwarte banden en het merk doet er niet toe.”
Jean Istas: “Consulting is het begin van onze taak. Verschillende factoren zoals het type voertuig, het vermogen, het traject, maar ook de omstandigheden waarin je rijdt spelen een rol. Informeren is een eerste belangrijk punt waarop de bandenspecialist het verschil kan maken. Door vijf of zes doelgerichte vragen te stellen, kunnen we hem vrij snel naar het geschikte product loodsen. We kunnen niet voldoende herhalen wat het onder meer op dit vlak is dat we als specialisten het verschil maken.”
TRAXIO Magazine: En dan die consolidatie die al aangestipt werd. Hoe oogt de markt wanneer we naar het aantal spelers kijken?
Frank Lambrecht: “Er is een duidelijke trend ingezet die zich zal verderzetten, daar ben ik rotsvast van overtuigd. Wij zijn als eerste groepering op de markt gekomen, met als gevolg dat we voor velen een wat te kopiëren model zijn gebleken. Vandaag heb je een vijftal grote spelers die zich rond een bepaald aankoop- of verkoopconcept hebben gevonden, al dan niet via franchising. De consolidatie zal nog verder toenemen.”
Jean Istas: “Op het vlak consolidatie hebben we een punt van stabiliteit bereikt. Enkele jaren geleden hadden we nog een situatie waarbij nieuwe spelers opdoken, vaak kleinere met weinig middelen. Dit zien we vandaag niet langer. Op zich was dit geen levensbedreigende concurrentie, maar ze pikten toch wat klanten in, wat vervelend was. Het is geen doemdenken vast te stellen dat de vette jaren in onze sector voorbij zijn, wellicht speelde dit een rol. Wil je vandaag meedraaien, dan moet je heel wat middelen op tafel kunnen leggen. Er moet fors geïnvesteerd worden in materiaal, IT, opleidingen, noem maar op. Dit maakt van schaalvergroting iets onvermijdelijks.”
TRAXIO Magazine: De professionalisering is van die aard dat kleinere spelers niet meer meekunnen…?
Frank Lambrecht: “Klopt, en dat zie je in truckbanden zo mogelijk nog meer. Er was een periode, nog niet zo lang geleden, waar vrijwel iedereen er zich aan waagde. Vandaag is dit tot een nichemarkt uitgegroeid met nog slechts een handvol spelers. Je moet immers over een wachtdienst beschikken die snel kan tussenkomen, waar een fors prijskaartje aan vasthangt. Dit segment is het levendige bewijs dat we in een 24/7-economie leven. Met onze klanten hebben we duidelijke afspraken, vaak dat ze binnen de 2 uur terug moeten kunnen rijden. Halen we dit niet, dan staan daar penalty’s tegenover. Dit kan je als kleine bandencentrale niet waarmaken. Om u een idee te geven: we beschikken over een groep van 40 mensen die permanent stand-by staan enkel en alleen voor de interventies buiten de kantooruren.”
Jean Istas: “Vergeet ook niet dat er een reëel risico op niet-betaling bestaat. Je moet eigenlijk weten met wie je werkt, jezelf ervan vergewissen dat de tegenpartij betrouwbaar is. Een klant die failliet gaat, kan je een stevige financiële aderlating bezorgen.”
Pixabay Mikes Photos
TRAXIO Magazine: Hoe belangrijk is de internetverkoop voor jullie?
Frank Lambrecht: “Op dit ogenblik worden zo'n 7 à 8 % van de banden via het internet verkocht. Wellicht zal dat nog wat stijgen de komende jaren; we zien trouwens dat ons land achterophinkt ten opzichte van de buurlanden. Twee soorten spelers verkopen via het net, en dat is toch een belangrijk onderscheid. Enerzijds zijn er de pure prijsspelers, maar aan de andere kant zijn er ook bedrijven als het onze met een bricks-and-clicksverhaal. Onze business wijzigt niet door het internet, maar het net wordt wel een extra verkoopkanaal dat ook wij uitbouwen. We zijn een koele minnaar, maar passen onze organisatie aan. Tegelijkertijd blijven wij geloven dat de ervaring van de consument in het verkooppunt ontzettend belangrijk is. Ergens is onze positie vergelijkbaar met wat je in de retail ziet. Men gaat shoppen voor een bepaalde ervaring, het is een belevenismoment. Zo werk je klantentrouw in de hand. En ook bij ons merk je dat klanten zich online informeren, om vervolgens offline tot de koop over te gaan.”
Jean Istas: “Vijf jaar geleden werd voorspeld dat de internetverkoop, toen goed voor zo'n 4 % van de globale markt, vrijwel jaarlijks zou verdubbelen. Uiteindelijk was vijf jaar nodig om die verdubbeling te realiseren. Het internet speelde ons geen parten op het vlak van verkoopvolumes, maar verhoogde wel de druk op de marges. Laten we ook niet vergeten dat er ook bedreigingen uit een andere hoek zijn. Concessies bijvoorbeeld zijn tot geduchte concurrenten van de bandenspecialisten uitgegroeid. Feit is dat we een sector zijn die in het verleden een schromelijk gebrek aan interesse voor kosten aan de dag heeft gelegd. Nu de marges onder druk staan, ben je verplicht beter te kijken naar stockbeheer, debiteurenbeheer enz. Dat is de essentie. Te veel focussen op enkel het internet zou een vergissing zijn. Te vaak wil de klant de service van een specialist aan een internetprijs, een kwalijke evolutie die we moeten counteren. We hebben als bandenspecialist een duidelijke toegevoegde waarde en die moeten we blijven onderstrepen.”
TRAXIO Magazine: Het is een vaak terugkerend probleem in deze rubriek: personeel. De juiste mensen vinden én houden. We durven vermoeden dat de bandensector alvast niet de uitzondering is die de regel bevestigt…?
Frank Lambrecht: “We zitten permanent met zo'n 10 % van de vacatures die niet ingevuld raken. Vraag je aan bedrijfsleiders in onze sector waarvan ze het meest wakker liggen, dan blijkt het bijeenkrijgen van een geschikt team veruit het meest voorkomende antwoord. Is dat een antwoord op uw vraag (lacht)?”
Jean Istas: “Het plaatje oogt bij ons niet anders. Van de ongeveer 100 centrales zijn er toch permanent een 20-tal op zoek naar nieuwe mensen voor het atelier, maar evenzeer voor de receptie of administratieve krachten.”
Frank Lambrecht: “Je kan ons personeelsbeleid trouwens niet los zien van de piek- en dalmomenten die we kennen. In de periode oktober, november, december stijgt de vraag naar het plaatsen van winterbanden. Deze piek zorgt ervoor dat het volume toeneemt met factor 3 of zelfs 4. Dit kan je niet opvangen met de beschikbare VTE's, en dus zijn we genoodzaakt op interimkrachten beroep te doen.”
Jean Istas: “Deze piek- en dalrealiteit is ook inzake materiaal een heuse uitdaging. Want als je tijdens die maanden op volle toeren draait, zijn er ook vele andere maanden waarin het veel minder is. Toch moet je de investeringen blijven financieren, je hebt ze immers nodig voor precies die piekmomenten.”
Maarten Voet: “Als vakverenigingen werken we op verschillende vlakken om dit probleem aan te pakken. We hebben een jobsite voor mobility-banen opgericht zowel voor arbeiders- als kaderprofielen, mobilityjobs.be. Er zijn de EDUCAM-opleidingen en er wordt ook gewerkt aan het imagoprobleem. Wat oplossingen voor de dal- en piekmomenten qua werkdruk betreft hebben we het aantal mogelijke overuren lichtjes kunnen doen toenemen. We zien ook een duidelijke trend naar minder paritaire comités, met als direct gevolg dat meer afspraken op bedrijfsniveau zullen gebeuren. Dit schept ongetwijfeld opportuniteiten en we staan klaar om onze leden ook op dat niveau te helpen.”
Foto Thierry Dricot
“Schrijven we een vacature uit voor een job waar ook mechaniek aan te pas komt, dan raakt die vaak sneller ingevuld. De toekomst ligt duidelijk in het verbreden van de activiteiten.”
Frank Lambrecht, Afgevaardigd bestuurder Qteam
“Jaren geleden werd een downsizing van de banden aangekondigd; het was een voorspelling die vandaag op geen enkele manier uit de feiten blijkt. In 2014 waren 17 duimbanden goed voor net geen 30 % van het geheel dat we verkochten. Inmiddels is dit aandeel tot 40 % gestegen. Het succes van SUV's zorgt er eveneens voor dat de profetie uitblijft.”
“Het is belangrijk dat de sector zich bewust is van de rol die wij als TRAXIO kunnen spelen. Op diverse domeinen verdedigen we de belangen van onze leden; dat is het DNA van een organisatie als de onze.”
Maarten Voet, Algemeen secretaris Federtyre (TRAXIO)
“Men moet de evolutie van de sector plaatsen in een grotere beweging die zich voordoet. De connected car is geen toekomstmuziek, hij rijdt vandaag. Een wagen wordt een rijdend diagnosetoestel. En dan is het belangrijk dat je als serviceprovider, en dat zijn we toch, aan de relevante data geraakt en niet buitenspel wordt gezet wanneer hij aangeeft dat hij een of andere service nodig heeft. Daarom is het belangrijk om ook op Europees niveau alert te zijn. Je kan immers niet uitsluiten dat de constructeurs hun markt gaan afschermen.”
“De moeilijkheid is niet enkel geschikt personeel vinden, je moet die mensen ook kunnen houden. Is iemand goed, dan weet men dit vrij snel, ook bij de concurrentie...”
Jean Istas, Algemeen directeur EUROTYRE – CEVA
“Zoals alle bedrijven delen ook wij in de klappen als gevolg van de slechte mobiliteit in dit land. Wij zijn nogal aanwezig in het Brusselse. Welnu, het is behoorlijk frustrerend als je dan werknemers hebt die op amper 25 km van hun werk wonen, maar er makkelijk anderhalf uur over doen 's morgens en 's avonds. We hebben al gevallen gehad van mensen die erg tevreden waren over hun werk, maar omwille van het lange pendelen ons bedrijf verlieten.”